Welzijn op Recept: kostenpost of (interessante) investering?
Een van de veel gestelde vragen vanaf de start van Welzijn op Recept in 2012 is: “wat kost Welzijn op Recept precies?” Ook hoor ik regelmatig, vooral van gemeenten, dat het een “dure” interventie is. Tegelijk hoor ik ook nog met regelmaat vanuit de zorgverzekeraar dat WoR niets extra’s kost omdat het binnen de bestaande financiering van de huisarts past.
Een vraag die recent steeds vaker gesteld wordt is of Welzijn op Recept de zorgconsumptie en zorgkosten verlaagt en met hoeveel dan? Dit vragen zowel zorgverzekeraars als gemeenten. Ik noem dit echt koffie-automaat-denken: ik stop een kwartje in de automaat en ik krijg er een kopje koffie uit. Kortom wat levert mijn investering nu precies op?
Juist nu in coronatijd lijkt het, als je de landelijke politiek mag geloven, dat de investeringen niet op kunnen bijvoorbeeld voor “grote” bedrijven, voor behoud van banen etc. Ik hoor en lees ook dat de ene gemeente gaat investeren in de sociale basis, in het welzijn van inwoners en in Welzijn op Recept, maar de andere daarop juist bezuinigt. Mensen hebben in deze coronatijd immers laten zien voor elkaar te kunnen zorgen……….
Maar interessanter vind ik dat het bijna nooit gaat over de patiënt/inwoner met psychosociale problematiek of de professionals die Welzijn op Recept uitvoeren en wat het hun oplevert.
Waar hebben we het bij Welzijn op Recept nu eigenlijk over? Het gaat over inwoners die door een of meerdere levensgebeurtenissen, verlies van baan, overlijden partner, problemen thuis, schulden, ziek worden. Ze gaan met psychosociale klachten zoals hoofdpijn, somberheid, piekeren, rug- en nekpijn naar de huisarts. In deze tijd zie je ook meer jongeren/jong volwassenen die somber zijn door het “corona-leven” en onzeker over hun studie en toekomst. Ook zie je zzp-ers in de horeca of reisbranche die niet weten hoe nu verder. De oorzaak van deze klachten is niet medisch en vraagt om een andere, betere oplossing: het voeren van ‘het andere gesprek’ over het hele leven en het verwijzen naar bijvoorbeeld Welzijn op Recept. Gebeurt dit niet, dan is het risico reëel dat deze inwoners/patiënten vast komen te zitten in ziekte-denken en regelmatig met wisselende psychosociale klachten naar de huisarts gaan, de zogenaamde SOLK-patiënten(lichamelijk onverklaarbare klachten).
De kosten van WoR? Een goed uitgevoerd welzijnsrecept vraagt ook van een ervaren WoR-huisarts een extra investering in het ‘andere gesprek’ waar je toch zeker 30 minuten voor nodig hebt en vaak nog een tweede lang consult om tot een WoR-verwijzing te komen. Feitelijk vraagt het welzijnsrecept dan om 50 huisartsenminuten per patiënt. Met nog wat tijd erbij voor administratie en overleg met de welzijnscoach, ben je als huisarts afrondend dus 1,5 uur tijd kwijt met per WoR-patiënt.
Voor de welzijnscoach is er een kennismakingsgesprek met de patiënt/cliënt waarin al dan niet al wordt verkend waar iemand weer blij van wordt of wat kleur in zijn/haar leven brengt. Hier is vaak een tweede gesprek voor nodig waarna iemand gekoppeld kan worden aan bijvoorbeeld een activiteit of vrijwilligerswerk. Begeleiding bij het de eerste keer naar de vrijwilligersactiviteit gaan en zorgen dat iemand welkom is en blijft deelnemen, zijn cruciaal om te doen. Ervaring leert dat een ervaren welzijnscoach 5-7 uur per WoR-cliënt bezig is om binnen 3-6 maanden iemand weer een beetje kleur in het leven te laten ervaren, sociaal te activeren en te (her)verbinden met andere mensen.
De kosten zijn helder, maar levert Welzijn op Recept ook wat op?
Laten we beginnen bij de zorgverzekeraar. Iedere verzekerde patiënt die met psychosociale klachten bij de huisarts komt en goed gediagnostiseerd verwezen wordt naar de welzijnscoach, maakt geen vervolgkosten in de eerstelijnszorg, diagnostiek, medicatie en/of verwijzing naar specialistische zorg. Daarnaast neemt iemands zelfredzaamheid toe, in de toekomst zal hij/zij met dit soort klachten meteen naar de welzijnscoach gaan waardoor er ook minder (onnodig) gebruik wordt gemaakt van de huisarts en veel onnodige dure zorg wordt voorkomen.
Voor de gemeente levert WoR meer veerkrachtige, zelfredzame inwoners/burgers op, meer vrijwilligers, meer actieve mensen . Daardoor wordt minder gebruik gemaakt van voorzieningen zoals een uitkering en/of bijstand en WMO-voorzieningen. Ook zie je na verloop van tijd (onderzoek in Engeland)dat de sociale samenhang in de wijk verbetert, criminaliteit en branden afnemen, minder hangjongeren/overlast etc.
Voor de WoR-deelnemer betekent het dat hij/zij weer wat kleur en zin in het leven krijgt, zich nuttig voelt, meer zelfvertrouwen krijgt en de toekomst weer rooskleuriger tegenmoet ziet.
Mijn hartenkreet is dan ook: blijf niet hangen in het alleen denken in kosten. Dan mis je de opbrengsten zowel aan de zorg- als de gemeentelijke kant, nog los van de effecten voor de patiënt/WoR- deelnemer en de professionals die ermee werken.