Even mee de drempel over

foto: Inge Hanssen (li) en Saar Bloemers (re)

In het Noord-Limburgse werkgebied van huisartsencoöperatie Cohesie zijn veel dorpsondersteuners ook welzijnscoach. Maakt het verschil of je als welzijnscoach ook dorpsondersteuner bent of dat je werkt bij een welzijnsorganisatie? We bespraken die vraag met Saar Bloemers, mantelzorgondersteuner/welzijnscoach bij Synthese en Inge Hanssen – de Vlieger, dorpsondersteuner/welzijnscoach.

Inge Hanssen – de Vlieger woont al heel lang in Kessel en voelt zich nauw bij het dorp en zijn inwoners betrokken. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ze al vanaf 2016 dorpsondersteuner is in Kessel en Kessel-Eik, twee kernen binnen de gemeente Peel en Maas. In oktober 2022 werd daar Welzijn op Recept ingevoerd. “De vraag was toen: zal de interventie uitgevoerd worden vanuit de welzijnsorganisatie of toch liever via de dorpsondersteuner.” Er is gekozen voor de laatste optie. “Als dorpsondersteuner was mijn primaire taak hulp bij de huishouding te regelen. Dat loopt in vrijwel onze hele gemeente niet via een WMO-consulent maar via de dorpsondersteuner. Ik heb in 2016 ook het Maatjesproject WijSamen opgezet, voor mensen die eenzaam zijn of andere hulp en ondersteuning kunnen gebruiken. Ik had dus al goede contacten met diverse organisaties en de gemeente en ken de vele burgerinitiatieven in het dorp.”

Saar Bloemers is sinds acht jaar werkzaam bij welzijnsorganisatie Synthese als mantelzorgondersteuner, in het verleden ook als ouderenadviseur. Ze bemenst het Steunpunt Mantelzorg Venray, waar mantelzorgers terechtkunnen voor hulp en ondersteuning. Sinds januari 2023 is ze ook welzijnscoach in die gemeente. “We zijn gestart met één praktijk, in november zijn er nog twee bijgekomen. Vanuit Synthese zijn we met drie welzijnscoaches. Twee collega’s volgen de welzijnscoach-training van het Landelijk kennisnetwerk, zodat we straks per praktijk twee welzijnscoaches hebben. Bloemers en Hanssen hebben destijds samen die training ook gevolgd.

Overeenkomsten 

De beide welzijnscoaches hebben dus verschillende achtergronden, maar hun werkwijze, de methodiek van Welzijn op Recept, is identiek. Ze ervaren dat die werkt: met een relatief eenvoudige interventie kunnen ze mensen weer op de rit krijgen. Ze gaan de eerste keren mee naar de activiteit, “even mee de drempel over”, zoals Hanssen mooi verwoordt, drempel in letterlijke en figuurlijke zin.

Zowel in Venray als Peel en Maas verwijzen alleen huisartsen en POH’s. Beide gemeenten werkten met het oude formulier, de huisartsenpraktijk in Kessel doet dat nog steeds. Bloemers: “Venrayse huisartsen verwijzen sinds kort via het Huisartsen Informatie Systeem (HIS), digitaal, waarbij ze ook korte info over de hulpvraag kunnen toevoegen.”

De beide welzijnscoaches zijn ook vanuit hun andere functies gewend om mensen te ondersteunen en begeleiden, ze zijn echte verbinders. Hanssen: “In de gesprekken als dorpsondersteuner neem je ook alle levensgebieden mee, net als bij Welzijn op Recept, maar bij Welzijn op Recept werk je meer vanuit de eigen kracht en motivatie van de inwoner, terwijl als dorpsondersteuner ík meer de regie heb, meer helpend en controlerend ben: is de aanvraag terecht, komt iemand ervoor in aanmerking? Het Maatjesproject vangt wellicht al mensen af, zodat ze niet met die klacht bij de huisarts komen.”

Verschil

Zowel Bloemers als Hanssen ervaren dat er meer mensen naar hen doorverwezen zouden kunnen worden dan nu gebeurt. Ze proberen daarom op verschillende manieren Welzijn op Recept steeds onder de aandacht te brengen. Bloemers: “We hebben minitompoucen laten maken met Welzijn op Recept en het logo van Synthese erop en die verdeeld onder de huisartsen. Je ziet dan toch een toename, ook van algemeen welzijn. In twee van de drie praktijken hebben we een evaluatie gehad. Ook dan komen weer meer verwijzingen. We hebben bovendien de afspraak gemaakt om in nieuwsbrieven van de huisartsenpraktijken succesverhalen te delen.”

Hanssen herkent het helemaal, ook zij probeert Welzijn op Recept onder de aandacht van de verwijzers te houden. “Maar ik heb geen collega’s en een organisatie achter me die me daarbij helpen. Als welzijnscoach/dorpsondersteuner ben ik toch vrij solistisch bezig.” Beiden hebben de huisartsen geadviseerd ook proactief te werken: pak je agenda erbij en kijk bij de mensen die je de komende week/weken ziet wie geschikt zou zijn voor Welzijn op Recept.

Toekomstdroom

Beide welzijnscoaches hopen op een toename van het aantal welzijnsrecepten en op meer doorverwijzers vanuit andere disciplines. Hanssen: “Fysio- en ergotherapeuten en wijkverpleegkundigen zouden een mooie uitbreiding zijn. In Kessel zijn we ook bezig met het organiseren van een breed activiteitencentrum. Wat zou het mooi zijn als dat straks zo ‘leeft’ dat mensen ook zelf hun weg kunnen vinden naar activiteiten.”

Bloemers: “Wellicht kan Welzijn op Recept in de toekomst niet als aparte interventie maar als een geïntegreerd onderdeel van welzijnswerk worden uitgevoerd en als methodiek ingezet als dit passend is bij een aanmelding. Meer bekendheid helpt ook. In juli gaan we, in samenwerking met verschillende organisaties en inwoners zelf, starten met het eerste Informatiepunt, waar professionals en vrijwilligers terecht kunnen voor alle vragen rond zorg en welzijn.”

Voor meer succesverhalen download het boekje “Pareltjes van Welzijn op Recept”

Benieuwd naar meer kennis en ervaring uit de dagelijkse praktijk van Welzijn op Recept, volg ons dan op Linkedin